Kwik, Kwek en Kwak spelen in de haven terwijl oom Donald daar op de pier zit te vissen. Ze spelen dat een matroos tegen zijn zin in geronseld wordt op een schip met ongure bemanning en waar alleen bedorven bonen gegeten wordt. Donald vindt het allemaal onzin want tegenwoordig gebeuren dat soort dingen niet meer. Kwik, Kwek en Kwak zijn teleurgesteld want ze denken dat dat waar is en dat de wereld tegenwoordig te beschaafd is. Maar als ze bedroefd zitten te mijmeren zien ze een matroos voorbijrennen die weldegelijk tegen zijn zin teruggebracht wordt naar zijn schip. Ze waarschuwen hun oom die er niets van gelooft. Hij gaat op het schip de Schuimende Schim kijken en als Donald op het schip komt valt hij door een luik. Omdat hij niet meer terugkomt gaan Kwik, Kwek en Kwak ook kijken en ze vallen ook door het luik. Op zee worden ze ontdekt maar ze moeten van kapitein Bladluis het schip schoonmaken. Donald weigert en wordt pardoes overboord gegooid. Een matroos gooit hem echter een touw toe en Donald wordt gered. Maar de matroos heeft hem alleen gered om hem te laten werken. Donald en Kwik, Kwek en Kwak moeten hard werken en krijgen bedorven bonen als eten. Kwik, Kwek en Kwak vragen zich af waarom er zo'n terreur heerst op het schip. Ze horen de marconist aan de kapitein vertellen dat de marine hen op het spoor is. De kapitein laat alle lichten doven maar Donald maakt een vuur waardoor de marine hen ontdekt. De bemanning verlaat het schip. Het schip bevat wapens en om ervoor te zorgen dat de marine de lading niet in handen krijgt, heeft de kapitein er voor gezorgd dat de lading zal ontploffen door de lonten van de bommen en granaten aan te steken. Ze kunnen de lonten niet doven want de deur van de munitiekamer zit op slot. De marine komt uit de republiek San Bananador en beschiet hen zonder pardon. De mast, waarin Donald geklommen was om zich met een witte vlag over te geven, wordt omgeschoten. Donald valt samen met de mast door het dek en komt in het ruim bij de wapens terecht. Donald kan alle lonten doven en gaat terug naar het dek. Maar hij is één lont vergeten en hierdoor gaat er een kanon af dat de marine beschiet. Die schieten met grof geschut terug en het schip zinkt. Donald en Kwik, Kwek en Kwak redden zich door op een drijvende mast te gaan zitten en ze worden meegenomen door een zeiljacht. Terug in hun eigen huis komt Willie Wortel voorbij als Donald in zijn tuin staat te werken. Hij vraagt Donald of hij mee wil gaan vissen op de pier. Donald schrikt enorm, rent het huis in en verstopt zich onder het bed. Kwik, Kwek en Kwak leggen Willie uit dat Donald tegenwoordig schrikt van de woorden “zee”, “pier” en “ronselen”
