Donald wil een kalkoen bij de slager kopen maar om vijfendertig gulden te moeten betalen voor een kalkoen vindt hij veel te duur en hij besluit er zelf één te gaan vangen. Hij pakt zijn geweer en zet zijn jagershoed op om in het bos een kalkoen te gaan schieten. Als Kwik, Kwek en Kwak hun oom zien moeten ze erg lachen en ze besluiten hun oom in de maling te nemen. Met het geklok van een kalkoen lokken ze hun oom steeds weg en ze leggen valse kalkoen sporen. Donald volgt de sporen en komt uit bij een hol dat veel te klein is voor een kalkoen. Met een slang zorgen Kwik, Kwek en Kwak er voor dat het geklok van een kalkoen uit het hol komt. Donald denkt nu dat er echt een kalkoen in het hol zit en gaat graven. Maar na enige meters diep gegraven te hebben geeft hij het op. Kwik, Kwek en Kwak maken een waaier die ze achter een boomstronk plaatsen. Donald denkt dat het de veren van een kalkoen zijn en springt erbovenop. Maar hij vindt de waaier van kalkoenveren en hij ziet de sporen van zijn neefjes waardoor hij snapt dat hij beet genomen is. Hij is erg boos en wil wraak nemen. Hij komt een kalkoen tegen maar ziet hem niet eens. Kwik, Kwek en Kwak zien de kalkoen wel en willen hem grijpen. Maar de kalkoen is sterker en gaat achter hen aan. Nu ziet Donald de kalkoen wel en gaat achter hem aan. Maar hij raakt hem kwijt in het struikgewas. Hij wil de kalkoen lokken met geklok en de waaier. Kwik, Kwek en Kwak maken ieder een pijl en boog en zien de waaier. Denkend dat het de kalkoen is schieten ze met hun pijlen op de waaier maar raken hun oom. Donald gaat boos achter zijn neefjes aan. In de nacht is Donald nog steeds op zoek naar de kalkoen. Hij ziet hem in een boom zitten en vangt hem door een grote zak over hem heen te gooien. Hij brengt de vogel naar poelier Pluksma die, nadat hij in de zak gekeken heeft, vraagt of hij die vogel werkelijk op wil eten. Tijdens het eten snijdt Donald de vogel aan. De vogel is echter heel hard. Het mes, een bijl en zelfs een zaag gaan er door kapot. Donald belt de poelier om te vragen waarom de vogel zo hard is. De poelier zegt dat het een adelaar is. Ze gaan kalkoen eten in een bistro.