Donald vangt vlinders voor zijn neefjes zodat die de vlinders aan hun leraar kunnen laten zien. Ze zien een vreemde vlinder en Donald vangt hem met zijn net. Maar op dat moment wil de verzamelaar Professor Carel Coconstra de vlinder ook met zijn net vangen en de twee krijgen ruzie. De professor wil de vlinder erg graag hebben want het is de zeldzame Pippus Conippus. Door de ruzie ontsnapt de vlinder maar niet veel later vangt Donald hem toch weer. Victor Vlindersterk, ook een bekende vlinderverzamelaar, benadert Donald en vraagt of hij voor hem naar Afrika wil gaan om de zeldzame Flindarius Rarius te vangen. In eerste instantie weigert Donald dit want hij wil helemaal niet naar Afrika. Maar Professor Coconstra steelt de doos met vlinders van Kwik, Kwek en Kwak en vertrekt naar Afrika. Om achter hem aan te kunnen gaan accepteert Donald het aanbod van Vlindersterk toch. Als ze in Afrika zijn wachten Donald en de neefjes in een dorp in de jungle terwijl de inwoners aldaar op zoek zijn naar de vlinder. Op een gegeven moment krijgen ze bericht dat de vlinder gezien is en ze willen met hun kano er naar toe varen. Maar Coconstra heeft hun boot lek gemaakt en ze zinken. Ook heeft hij hun water en voedsel onbruikbaar gemaakt maar ze weten te overleven door kokosnoten te eten. Als ze in de nacht op zoek zijn naar een slaapplaats vinden ze Coconstra. Ze vernielen zijn boot maar als de man wakker wordt blijkt het niet Coconstra te zijn maar Professor Heinrich Hack van de Sauerkraut universiteit. Deze is zo boos dat hij de kano van Donald afpakt en wegvaart. Op dat moment doet de man zijn masker af en blijkt het toch Coconstra te zijn. Ze zitten nu vast op een eiland omgeven door krokodillen. Maar met de opblaaskrokodil die Kwik, Kwek en Kwak meegenomen hadden om hun oom schrik aan te jagen weten ze weg te komen. Als ze over een rots een ravijn oversteken blijkt de rots een olifant te zijn. Op de rug van de olifant rijden ze naar de Kuanda rivier waar de vlinder gezien was. Daar wil Coconstra die vlinder net vangen maar Donald steekt daar een stokje voor. Ze jagen de professor weg en vangen de vlinder zelf. Kwik, Kwek en Kwak nemen een pot vol rupsen mee om aan hun leraar te laten zien. Coconstra heeft hulp gehaald bij de inboorlingen en ze nemen Kwik, Kwek en Kwak gevangen. Om Kwik, Kwek en Kwak te redden geeft Donald de vlinder aan Coconstra die met zijn kano wegvaart. Donald ontdekt een zeer grote kudde olifanten waar ook hun olifant zich bij aangesloten heeft. Met vuur jagen ze de kudde de rivier in en de kudde loopt over de boot van Coconstra heen. Coconstra is gewond en ze nemen hem gevangen. Ze gaan met de boot terug en na een paar dagen knapt Coconstra weer een beetje op. Hij voelt zich een mislukkeling omdat Donald de vlinder heeft gevangen en hij niet. Hij wil een einde aan zijn leven maken door overboord te springen maar dan ziet hij heel veel Flindarius Rarius vlinders. Ze zijn uit de rupsen gekomen die Kwik, Kwek en Kwak meegenomen hadden. De professor zegt dat de vlinder nu niet meer zo veel waard is. Kwik, Kwek en Kwak zijn teleurgesteld over de gebeurtenissen.
