Kwik, Kwek en Kwak willen gaan vissen maar oom Donald houdt hen tegen want ze moeten met hem mee gaan golven. Donald slaat het balletje op baan één heel erg slecht weg en om tijd te sparen stoppen Kwik, Kwek en Kwak het balletje in het kuiltje. Op baan twee doen ze dit ook. Donald vindt het erg verdacht dat het zo goed gaat en zorgt er voor dat Kwik, Kwek en Kwak niet meer dicht bij het kuiltje kunnen komen. Maar op baan drie spannen ze een touwtje over de baan waarmee ze het balletje in het kuiltje geleiden. Op baan vier schieten ze met een speelgoedgeweer en wat keitjes het balletje in het kuiltje. Donald denkt nu echt dat hij goed is en droomt van de rijkdom die hij met golven kan verdienen. Als Guus Geluk voorbijkomt begin Donald op te scheppen dat hij alle ballen in één keer in het kuiltje kan slaan. Guus wedt dat hij dat niet kan en betaalt vijf gulden als het hem lukt. Als Donald zal missen moet hij hem honderd gulden betalen. Guus heeft echter geen geld en moet de vijf gulden even halen. Intussen oefent Donald maar hij slaat steeds heel erg slecht. Om te voorkomen dat hij verliest geeft hij Kwik, Kwek en Kwak de opdracht om alvast een balletje in het kuiltje van baan vijf te leggen. Als Guus met zijn vijf gulden terugkomt, vermoedt hij al dat Donald vals wil spelen en zet een stip op het balletje. Donald slaat het balletje weg en via een schildpad, vogel, een woestijnratje in het zand en een aardschok komt het balletje in één keer in het kuiltje. Maar het balletje stuitert eruit want er ligt al een balletje in het kuiltje. Guus Geluk moet heel erg lachen. Donald en zijn neefjes gaan vissen met hun golfstokken.