Minnie ziet in een etalage een hoge rode hoed. Mickey vindt hem niet mooi want hij is veel te opzichtig maar Minnie besluit toch de hoed te kopen. Als ze met de hoed de winkel uitloopt, moet Mickey erg lachen en noemt haar een wandelende kerstpudding. Minnie wordt daarop erg boos en ze zegt dat ze Mickey nooit meer wil zien. Bedroefd loopt Mickey verder en komt Clarabella tegen. Zij raadt hem aan zijn verontschuldigingen aan te bieden en een grote doos bonbons voor Minnie te kopen. Hij besluit dat te doen en gaat op zoek naar Minnie. Hij ziet haar op straat lopen want hij herkent de rode hoed en gaat achter haar aan. In de lift ontdekt hij dat het Minnie niet is, maar de vrouw spreekt hem toch aan en ze brengt hem naar het dak van het gebouw. Zij pakt de doos bonbons van hem af en geeft hem een klein pakketje terug dat hij naar meneer Issutem moet brengen. Mickey wil nog zeggen dat hij waarschijnlijk de verkeerde persoon is, maar ze is al weer weg voordat hij een serieuze kans daartoe krijgt. Mickey vertrouwt het niet en brengt het pakketje naar de politie. Daar openen ze het en er blijkt een diamanten ring in te zitten. Een expert ontdekt echter dat de ring niet van diamant is maar van glas. Mickey gaat weer weg en komt op straat Goofy tegen. Goofy kijkt ook naar de ring en hij ontdekt per ongeluk dat er een rode steen onder het glas zit en Mickey weet dat het een robijn is. Hij wil uitzoeken wat er aan de hand is en geeft de robijn zo lang in bewaring bij Goofy. Goofy stopt de robijn in zijn schoen omdat hij denkt dat dat wel de laatste plaats is waar iemand de robijn zou zoeken. Minnie loopt alleen met haar hoge rode hoed op straat. Zij wordt aangesproken door een grote man met een doos bonbons in zijn hand. Hij vraagt haar waarom ze niet naar het dak van het gebouw gekomen is. Hij laat om te bewijzen wie hij is de doos bonbons zien en vraagt haar de ring te geven, maar omdat Minnie niet weet waar hij het over heeft, ontvoert de man haar. Mickey heeft uitgevonden dat meneer Issutem in de Klatergoudboulevard op nummer 72 woont. Als Goofy en Mickey daar aankomen, zien ze een enorm groot huis met een hek eromheen. Mickey ziet de hoed van Minnie in de tuin liggen, klimt over het hek en vraagt Goofy naar de politie te gaan. In de tuin wordt Mickey gegrepen door de man die Minnie ontvoerd heeft. Goofy rent naar de politie, maar voelt onderweg een steentje in zijn schoen zitten. Hij trekt zijn schoenen uit en leegt hen. Goofy komt bij de politie maar die hebben geen tijd voor hem want de beroemde Rijn-Robijn is net gestolen. De man brengt Mickey naar het kantoor van meneer Issutem. Daar hoort Mickey de stem van Minnie en hij geeft de ring aan Issutem. Daarom laat Issutem Mickey bij Minnie, maar al snel ontdekt hij dat de robijn niet meer in de ring zit. Mickey en Minnie ontsnappen terwijl de kogels om hen heen vliegen. Ze willen zich verbergen, maar de hoed van Minnie verraadt hen en ze worden weer gegrepen. Issutem wil dat Mickey de robijn haalt, maar op dat moment komt Goofy langs. Hij wil zeggen dat de politie er niet is maar Mickey onderbreekt hem nadat hij net de woorden “De politie” uitgesproken heeft. Hierdoor denken Issutem en de man die Piet heet dat de politie er is en geven zich over. Ze binden de twee mannen vast en brengen hen naar de politie. Die zijn blij en willen de robijn terug. Maar als Goofy in zijn schoen kijkt is de robijn weg want hij heeft zijn schoenen leeggeschud om steentjes kwijt te raken. Minnie ontdekt gelukkig dat de robijn in de kapotte sok van Goofy is blijven steken. Ze krijgen een grote beloning en Minnie wil een nieuwe hoed kopen. Ze koopt echter nooit meer een hoed die Mickey niet mooi vindt.
