Oom Dagobert maakt zich zorgen want de Zware Jongens zijn uit de gevangenis ontslagen en ze dreigen al zijn geld te stelen. Hij wil daarom al zijn geld in bankbiljetten omwisselen omdat die gemakkelijker en goedkoper te bewaken zijn. Hij gaat naar de bank waar men erg van zijn verzoek schrikt. Maar ze wisselen wel al het geld om en in een colonne pantserwagens brengen ze de biljetten naar de nieuwe opslagplaats van Oom Dagobert. Donald en Kwik, Kwek en Kwak zien de pantserwagens voorbij rijden en volgen de colonne. Ze zien dat Oom Dagobert de oude ronde watertank op de Parkheuvel gekocht heeft om de biljetten in op te slaan. Donald vertelt Oom Dagobert dat hij denkt dat de tank gemakkelijk open te breken is. Dat kan Oom Dagobert niet schelen want hij kon de watertank goedkoop kopen en bovendien ligt het land rondom de tank een halve kilometer braak zodat niemand bij het geld kan komen zonder gezien te worden. Ze zouden door de politie gezien worden en Oom Dagobert denkt zelfs dat dit het ideale geldpakhuis is voor zijn geld. De tank is niet zo groot maar omdat hij al zijn geld in biljetten gewisseld heeft past het er wel in. De Zware Jongens zien dit alles gebeuren en zijn van plan het geld toch te stelen. Eén van hen gaat verkleed als telefooncontroleur naar Oom Dagobert en wordt binnengelaten. De andere Zware Jongens gaan vermomd als schilders naar de tank maar worden tegengehouden door de bewakers. Ze vertellen dat ze de tank moeten schilderen. De bewaking belt Oom Dagobert maar daar neemt de Zware Jongen, die daar verkleed als telefooncontroleur rondloopt, de telefoon op terwijl de bewaking denkt dat het Oom Dagobert is. De Zware Jongen zegt dat de tank inderdaad geschilderd moet worden en de bewakers laten de groep Zware Jongens toe op het grondgebied. Ze komen bij de tank en dreigen traangas naar binnen te gooien. De telefoondraad is doorgesneden waardoor Oom Dagobert niet om hulp kan bellen. Ze moeten de Zware Jongens binnen laten en worden vastgebonden. De Zware Jongens branden met snijbranders de poten van de tank door waardoor deze de heuvel afrolt. De bewakers gaan erachteraan maar de Zware Jongens vertellen hun dat ze de tank moeten verhuizen. Ze dwingen Oom Dagobert dit te bevestigen en de bewakers laten hen met rust. Ze slepen de tank naar de Schorriemorrievallei. Terwijl Oom Dagobert in de tank door elkaar geschud wordt, bedenkt hij dat hij zijn geluksdubbeltje nog heeft. Het dubbeltje is erg oud en erg scherp en nadat één van de neefjes het uit de zak van Oom Dagobert gehaald heeft snijdt hij er hun touwen mee door. Donald en de neefjes ontsnappen uit het raam en halen de politie. Oom Dagobert zorgt er voor dat de bankbiljetten uit het raam vallen als de tank rond rolt. Hij leent een hooimachine van een boer en maakt balen van het geld. Als de Zware Jongens de tank openen worden ze gepakt door de politie en Oom Dagobert brengt zijn balen geld terug naar de bank.
