Willie Wortel wordt door het Ministerie van Landbouw aangesteld als kustwacht. De zalmen die ieder jaar door de Duckstadse rivier zwemmen, komen tegenwoordig niet verder dan de pier en niemand begrijpt hoe dat komt. Willie wordt gevraagd dit raadsel op te lossen. Hij bedenkt een vissenpak waardoor hij zich ongemerkt tussen de echte zalmen kan begeven. In het vissenpak heeft hij zuurstof tot zijn beschikking en heeft hij een zender om een patrouilleboot van de kustwacht te kunnen waarschuwen. Lampje bouwt een eenpersoonsonderzeeër waarmee hij het raadsel wil oplossen. Onder water ontdekt Willie dat kikvorsmannen de zalmen in een verplaatsbare kooi drijven en de kooi weg willen slepen. Ze ontdekken echter Willie, die de patrouilleboot waarschuwt en ze drijven Willie ook de kooi in en willen vertrekken. Maar Lampje komt met zijn onderzeeër en schiet pijlen op de kikvorsmannen af. Hij raakt hun zuurstofslangen waardoor ze naar boven moeten. Daar vaart de patrouilleboot die Willie redt en de kikvorsmannen gaan ervandoor. De kustwacht vraagt wie de kikvorsmannen verjaagd heeft en Willie zegt dat zijn assistent, die ook wel eens slimme ideeën heeft, dat gedaan heeft.