Willie Wortel krijgt van een uitgever een boek waarin uitgelegd wordt hoe hij vriendschap kan sluiten met zijn vijanden. Hij heeft echter helemaal geen vijanden en hij heeft zelfs geen vrienden want hij werkt veel te hard. Hij heeft net een middel uitgevonden waarmee bomen versneld kunnen groeien. Als hij de bomen met het middel inspuit, groeien er direct volkorenbroden aan. De buurman kijkt toe over de schutting, maar is niet onder de indruk. Hij heeft een driller waarmee hij een aardbeiengebak-boom gemaakt heeft en bovendien loopt er automatisch aardbeiensap over het gebak. De buurman noemt zichzelf een grandioos uitvinder en daar kan Willie niet tegen. Hij maakt een appeltaarten-boom maar de buurman maakt een boterhammen-met-pindakaas-boom. Willie maakt een slaboom en een struik waar potjes mayonaise aan groeien. De buurman maakt een puddingbroodjes-boom en Willie pareert dat met een broodjes-met-warme-worst-en-mosterd-boom. De buurman maakt daarop een boom met springende citroenen en Willie maakt een boom met over-de-schutting-vliegende-pruimen-taarten. Lampje krijgt er genoeg van en spuit een boom in met een middel waardoor Willie en de buurman door groene tentakels gepakt worden en strak in de boom gehangen worden. Hij dwingt hen het nieuwe boek van Willie te lezen om vriendschap met elkaar te sluiten.