Oom Dagobert heeft Kwik, Kwek en Kwak als hun compagnon een limonadestalletje gegeven. Donald bedankt hem hiervoor, maar Oom Dagobert zegt dat dat niet nodig is. Hij heeft hun alle citroenen en al het suiker verkocht en bovendien delen ze de winst. Oom Dagobert wil ook testen of Kwik, Kwek en Kwak eerlijk genoeg zijn om later zijn zaken over te nemen. Hij vraagt Donald om aan voorbijgangers dubbeltjes uit te delen zodat die de limonade bij Kwik, Kwek en Kwak zullen kopen. Oom Dagobert wil dat zijn neefjes rijk genoeg worden om in de verleiding te komen geld in hun eigen zak te steken. Zelf gaat Oom Dagobert vermomd bij Kwik, Kwek en Kwak aan het stalletje zitten en drinkt limonade. Zo kan hij precies bijhouden hoeveel geld ze verdienen. Donald geeft een jongetje een dubbeltje en die haalt gelijk een glas limonade. Een grote man haalt twee glazen en een volgende man haalt vier glazen. Een artieste komt vijftig glazen halen voor haar olifant en dankzij Donald kan een groep padvinders vierenzestig glazen limonade kopen. Oom Dagobert wil dat Donald het wat rustiger aan doet want hij geeft veel te snel te veel geld uit. Hij zwaait naar Donald maar hierdoor krijgt hij nog een glas limonade van Kwik, Kwek en Kwak. Donald deelt dubbeltjes uit aan mensen die demonstreren en iedereen komt limonade halen. Kwik, Kwek en Kwak vragen Oom Dagobert of hij nog limonade wil of dat hij zijn plek wil afstaan aan iemand anders, maar Oom Dagobert drinkt gewoon door. Aan het eind van de dag zijn alle citroenen op en is al het suiker ook op. Oom Dagobert is ziek van de limonade, maar hij weet wel dat zijn neefjes negenennegentig gulden en tien cent verdient hebben. Als Kwik, Kwek en Kwak de opbrengst bij Oom Dagobert thuiskomen laten zien, vertellen ze dat ze negenennegentig gulden en tien cent verdiend hebben en Oom Dagobert is blij met die eerlijkheid. Maar Kwik, Kwek en Kwak vertellen dat er honderdvier gulden in hun bakje zit omdat een oude man zijn laatste limonade met vijf gulden betaald heeft en hij is weggegaan zonder zijn wisselgeld mee te nemen. Oom Dagobert valt flauw achterover.