Donald en Guus Geluk scheppen op over hoe rijk ze zijn. Als Katrien hen echter om tien gulden vraagt voor het Rode Kruis hebben ze het niet. Ze beloven beiden voor de tien gulden te zorgen. Donald probeert de spaarpot van Kwik, Kwek en Kwak te plunderen. De spaarpot is echter zeer goed beveiligd en als het uiteindelijk lukt blijkt er geen geld in te zitten. Donald ontdekt dat Kwik, Kwek en Kwak hun geld verbergen in een elektrische lamp maar als hij het probeert te pakken komt hij onder stroom te staan. Kwik, Kwek en Kwak besluiten hun geld op de bank te zetten. Onderweg komen ze oom Donald tegen die verkleed is als de waarzegger Fantabus. Hij vertelt hun dat ze, om schatrijk te worden, hun tien gulden aan een man met een zwarte hoge hoed bij de brug moeten geven. Omdat Fantabus wist dat ze tien gulden hadden geloven ze hem. Donald snelt naar de brug om daar te gaan staan met een hoge hoed op maar wordt opgehouden. Als Kwik, Kwek en Kwak bij de brug aankomen staat daar Guus Geluk stenen te verkopen om ook tien gulden te verdienen. Kwik, Kwek en Kwak geven hem de tien gulden. Als Donald daar ook verkleed aankomt vertellen Kwik, Kwek en Kwak dat ze hun tien gulden al weggeven hebben. Ze hebben nu door dat hij oom Donald is en dat ze bedrogen zijn. Donald snelt naar Katrien om Guus op te wachten. Als Guus daar ook komt zegt hij dat hij de tien gulden ook niet meer heeft. Hij heeft het geïnvesteerd in parelzaad dat hem verkocht is door een grote man met een lange mantel. Als Katrien boos wegloopt komt ze deze man tegen. Hij geeft haar de tien gulden. Het zijn Kwik, Kwek en Kwak op elkaar staand en verkleed.
