Oom Dagobert loopt tevreden door Duckstad en iedereen bewondert hem omdat hij de rijkste man ter wereld is. Plotseling krijgt hij van een vreemdeling een handschoen in het gezicht geslagen. De vreemdeling wil hem uitdagen. Ze krijgen ruzie en worden opgepakt door de politie. Voor de rechter zegt de vreemdeling dat hij Oom Dagobert wil uitdagen voor een geldstrijd omdat hij denkt dat hij rijker is dan hij. Een paar jaar geleden had hij hem in Afrika al eens bijna verslagen maar nu denkt hij dat hij echt rijker is. Oom Dagobert herkent de vreemdeling nu als Govert Goudglans. De rechter geeft hun beiden een boete van vijf goudmijnen. Govert Goudglans stelt voor dat ieder al zijn bezittingen omzet in munten en die op een berg gooit. Wie dan de hoogste berg heeft wint de geldstrijd. Oom Dagobert vindt dit geen goed idee omdat hij dan al zijn bezittingen moet verkopen maar hij stemt toch toe. Hij gaat naar Petrolia om zijn oliebronnen, die hij net een paar maanden geleden gekocht heeft, te verkopen. De oliebronnen blijken echter niets waard omdat hij bedrogen is. De verkoper had zelf wat olie in de pijpen gegooid. Die verkoper, een zekere Goudhard Grofglans, is verdwenen. In China blijken de goudmijnen die Oom Dagobert vorige maand gekocht heeft ook niets waard omdat een zekere Grofhart Glansgoud ze daar bedrogen heeft door wat goudklompen neer te leggen. De diamantmijn van Oom Dagobert is ondergelopen met modder omdat de waterbouwkundige Glanshart Grofgoud een sluis in een dam opengedraaid heeft. Govert Goudglans en Oom Dagobert besluiten dat ze de bergen van munten op het oude vliegveld van Duckstad zullen plaatsen. De berg van Govert lijkt veel hoger dan die van Oom Dagobert. Het publiek keert zich tegen Oom Dagobert en is voor Govert Goudglans. Oom Dagobert wil de berg van Govert van dichtbij bekijken om te zien of alles wel eerlijk gaat. Hij ziet dat de berg van Govert op een vloerkleed ligt. Govert Goudglans zegt dat dit is om zijn munten het beton niet aan te laten raken. De twee krijgen weer ruzie en Govert belooft de hoed van Oom Dagobert op te zullen eten als die zou winnen. Oom Dagobert vraag aan Kwik, Kwek en Kwak of ze de top van de berg van Govert Goudglans met een kijker in de gaten willen houden. Ze zien inderdaad dat de berg groeit, ook al worden er geen munten toegevoegd. Op een plattegrond van het vliegveld ziet Oom Dagobert dat er een gang onder de berg van Govert Goudglans loopt. Als ze daar gaan kijken zien ze dat er een rubberen ballon in de berg van Govert Goudglans zit die gevuld wordt met lucht. Oom Dagobert prikt de ballon leeg en het bedrog van Govert Goudglans wordt bekend. Oom Dagobert geeft hem echter nog een kans om eerlijk te winnen. Aan het eind van de strijd blijken de bergen echter bijna even groot. Een vreemd figuur uit de Afrikaanse jungle komt bij Oom Dagobert. Hij heeft een wonderlijke vloeistof die alles doet krimpen en vraagt of Oom Dagobert de vloeistof wil kopen. Oom Dagobert heeft juist iets nodig dat zijn berg groter maakt. De figuur zegt dat hij de berg van Govert Goudglans ermee kan verkleinen. Oom Dagobert wordt erg boos want hij wil eerlijk winnen en jaagt de figuur weg. De figuur gaat nu naar Govert Goudglans die voor vijf kilo munten vijf liter van de vloeistof koopt. Govert Goudglans wil de berg van Oom Dagobert besproeien maar Oom Dagobert, Donald en Kwik, Kwek en Kwak voorkomen dit. Als laatste redmiddel koopt Govert Goudglans een groot kanon van de bioscoopmaatschappij Biosflop. Hij laadt het kanon met de vloeistof in een fles van krokodillenleer. Oom Dagobert schiet de fles echter lek waardoor het kanon krimpt. Toch schiet het kanon nog de weliswaar verkleinde fles af, maar die raakt de hoed van Oom Dagobert waardoor deze krimpt en niet de berg munten. De bergen worden nu zonder bedrog gemeten en de berg van Oom Dagobert blijkt drie komma twee millimeter hoger te zijn waardoor Oom Dagobert wint. Govert Goudglans vraagt aan de jury hoeveel geld dat is waarop zij zeggen dat dat ongeveer vijf kilo munten is. Govert Goudglans moet nu nog de verkleinde hoed van Oom Dagobert opeten.