De astronaut Zacco keert in zijn capsule terug van een expeditie naar de Tarron maan. Zijn gezicht is vertrokken van angst en Perik onderzoek wat er met hem gebeurd is. Hij zegt dat hij 's nachts werd aangevallen door een grote plant. Als Zacco terug is in zijn eigen woning, wordt hij aangevallen door een plant die daar staat. De plant groeit zo snel dat hij uit zijn raam geduwd wordt. Bewusteloos wordt hij naar Perik gebracht. Hij wordt in een afgesloten kamer geplaatst om tot rust te komen, maar het water uit de kan die er staat vult de gehele kamer. Door het raampje van de deur ziet de wacht het angstige gezicht van Zacco en maakt de deur open. Er is geen water, maar Zacco is flauwgevallen. Janno wil onderzoeken wat er aan de hand is. Hij ontdekt dat de bewakers van de capsule van Zacco verdwenen zijn. Zacco gaat nu slapen in een kamer waar men hem in de gaten houdt. Hij wordt aangevallen door zijn laken, dat een angstaanjagende vorm aanneemt. Zijn observanten zien niets, maar redden hem toch. Zacco en Janno gaan om rust te vinden naar de broer van Zacco. In de nacht wordt Zacco aangevallen door de pop van zijn neef. Janno ziet dat de pop inderdaad verplaatst is. Overdag, terwijl Zacco ligt te zonnebaden, bevriest hij. Net op tijd ziet Janno dit en zorg ervoor dat hij weer warm wordt. Janno gaat weer met Zacco terug naar Trigopolis. Onderweg vliegen ze in een waterhoos, maar worden gered door de marine. Als ze bij Perik komen, weet die wat er aan de hand is. Het is iets wat zeer kwaadaardigs is en allerlei vormen kan aannemen en temperaturen kan beïnvloeden. Ze moeten het terugbrengen naar de Tarron maan. Het lot wijst Janno aan dat te doen en ze plaatsen alle voorwerpen die ooit beïnvloed zijn in een raket. Als Janno weg wil vliegen, groeit het plantje weer heel snel. Op dat moment stormt Zacco naar binnen en neemt de plaats van Janno in. Met het iets vliegt hij naar de Tarron maan. Omdat Zacco zijn leven gegeven heeft voor Elekton, wordt voor hem een standbeeld opgericht.