Op Elekton vindt een aardbeving plaats. De beving wordt veroorzaakt door een nieuwe planeet, die in de buurt van Elekton gekomen is. Trigo, Perik en Janno vertrekken met een raket naar de planeet en Brag vervangt Trigo op Elekton. Op de nieuwe planeet komen ze in een tentenkamp, zoals ze zelf vroeger op Vorg leefden. Ze worden ontvangen door Garron, de hoofdman van de Vorgs van Zootha, zoals de planeet heet. Zij zijn zelf met een raket in vroegere tijden net als Trigo en zijn mannen nu, naar Zootha gevlogen en zij zijn daar gebleven. Perik herinnert zich de legende dat vroegere Vorgs de ruimte in gingen, op zoek naar een nieuwe wereld. Ze houden een feest ter ere van hun komst, maar na het feest wordt Janno gevangen genomen. Omdat hij een eerstgeborene is, wordt hij geofferd aan hun Grootsten, die zij als hun goden zien. Janno wordt aan een paal voor een grot vastgebonden. Uit de grot komen ongure schepsels die Janno meenemen. Trigo wil hem redden, maar komt te laat: hij volgt Janno de grot in. Aan het eind van de grot ontdekt hij een wereld in een wereld, waar de afstotelijke schepsels de Vorgs van Zootha als slaaf behandelen. De Grootsten, eigenlijk vette dikke mannen, zijn de heersers van de afstotelijke schepsels. Als hij met een Vorg praat, ontdekt hij dat de afstotelijke mannen de Kerds zijn. Hij wordt ontdekt en raakt met Kerds in gevecht. De slaven raken hierdoor in opstand, maar door de enorme hoeveelheid Kerds delven zij het onderspit. Net als Trigo voor zijn daden moet boeten, is er een vulkaanuitbarsting waardoor ze allen kunnen ontsnappen. Ze gaan via de grot terug naar de Vorgs, waar Garron zijn zoon, die onder de slaven was, weer ontmoet. Ze hoeven nooit meer bang te zijn voor de Grootsten en kunnen hen negeren. Trigo, Perik en Janno moeten snel terug naar Elekton, omdat de planeet Zootha zich weer verwijdert van hen. Trigo vraagt of Garron mee terug wil, maar die weigert dat.