Donald gaat omdat hij het koud heeft bij een veiling naar binnen. Door steeds maar te niezen koopt hij zonder dat hij het doorheeft voor dertig gulden een woonark. Hij besluit samen met zijn neefjes naar de woonark, die in Jopie's jachthaven in Ohio ligt, te gaan kijken. De ark moet opgeknapt worden en door een overstroming ligt de ark half onder de modder. Bovendien moet Donald het achterstallig havengeld betalen. Na enige tijd kunnen ze de Ohio rivier op varen maar ze moeten nog veel leren. Als ze door de rook van een stoomboot varen moeten ze hun boot weer schoonmaken. Door een grote golf van een ander schip wordt hun boot weer helemaal vies en moeten ze weer schrobben. Door hun onoplettendheid varen ze tegen een boom en ongemerkt draait de stroming hun boot om. Donald wil naar New Orleans varen maar na een tijd zijn ze weer terug op de plek waar ze vertrokken waren. Na een dag waarin ze veel geleerd hebben maar niets opgeschoten zijn, gaan ze voor de veiligheid te anker in een inham om de nacht door te brengen. In die nacht komt er een reuzenslang bij hun boot kijken. Eén van de neefjes ziet hem maar hij is te slaperig om het echt te registreren. In de ochtend zien ze dat hun boot beschadigd is en vertelt het neefje aan oom Donald wat hij gezien denkt te hebben. Donald gelooft het niet maar de reuzenzeeslang komt weer tevoorschijn. Ze vluchten snel en gaan naar de sheriff maar die wil hen niet helpen. Kwik, Kwek en Kwak willen eigenlijk de rivier niet meer op maar Donald stelt voor om zo snel mogelijk ver weg te varen. Na een tijdje gaan ze zich weer veiliger voelen maar ze worden toch weer aangevallen door de reuzenzeeslang. Ze gooien een harpoen in de nek van de reuzenzeeslang waardoor deze vlucht. Maar de reuzenzeeslang bloedt niet en er zit rubber aan de harpoen. Ze concluderen dat de reuzenzeeslang nep is. Ze zijn nu niet bang meer en besluiten de reuzenzeeslang te volgen en zijn geheim te ontdekken. Ze raken het spoor echter kwijt en als ze gaan slapen maken ze hun boot aan een houten paal in het water vast. Eén van de neefjes houdt wacht en hoort de hele nacht een zoemend geluid. Als Donald wakker wordt ziet hij dat ze niet meer op de Ohio rivier varen maar op de Mississippi. De houten paal is een periscoop van een onderzeeër die hen verplaatst heeft. Het gezoem kwam van de onderzeeër. De onderzeeër gaat ervandoor maar laat een bellenspoor achter dat ze kunnen volgen. Omdat de onderzeeër sneller gaat dan dat de woonark kan varen gaat Donald met een kleiner bootje achter de onderzeeër aan. De reuzenzeeslang komt weer tevoorschijn en Donald vaart pardoes met zijn bootje de bek van de reuzenzeeslang in en verdwijnt. De reuzenzeeslang slaat met zijn staart de woonark in een boom. Kwik, Kwek en Kwak moeten hun oom redden. Kwik en Kwek huren een sterke sleepboot terwijl Kwak met een vliegtuig uitzoekt waar de onderzeeër heen gaat. Kwak ontdekt de onderzeeër weer en samen gaan ze eropaf . Maar door te veel op de onderzeeër te letten varen ze tegen een stoomboot op en loopt hun boot vol water. De reuzenzeeslang verschijnt weer en jaagt de kapitein op de stoomboot grote schrik aan. Onderwater bevindt Donald zich in de onderzeeër die op rupsbanden over de bodem van de rivier rijdt. Boven op de onderzeeër zit de nep reuzenzeeslang. Donald zit vastgebonden. De man in de onderzeeër wil alleen maar mensen bang maken en de Schrik van de Rivier zijn. Als hij daarmee klaar is zal hij zijn onderzeeër begraven in de modderige oever van de rivier en de rest van zijn leven plezier beleven aan dit avontuur. Hij zal Donald mee begraven zodat die later niets kan vertellen. Donald vertelt de man per ongeluk dat hij gevolgd kan worden omdat hij een bellenspoor achterlaat. Daarom zorgt de man ervoor dat dat stopt en kunnen Kwik, Kwek en Kwak hen niet meer volgen. Als ze de rivier af varen zien ze een spoor van vernieling en als ze aan het eind van de rivier komen hebben ze de onderzeeër nog steeds niet gevonden. Ze besluiten de reuzenzeeslang tevoorschijn te lokken. Ze slepen een wrak over de rivier en hopen dat de reuzenzeeslang daar op af komt. De onderzeeër komt ook aan het eind van de rivier en ziet het schip. Verbaasd dat de mensen op het schip niet bang zijn voor de Schrik van de Rivier wil hij hen, voordat hij zijn onderzeeër begraaft, de stuipen op het lijf jagen. Als de reuzenzeeslang tevoorschijn komt laten Kwik, Kwek en Kwak het wrak snel weer zinken. De man in de onderzeeër ziet het gevaar en wil er snel vandoor maar ze vangen de reuzenzeeslang met een lasso. De onderzeeër trekt hen naar dieper water en wil hen doen zinken. Maar door de bek van de reuzenzeeslang loopt de onderzeeër zelf vol met water. De man raakt in paniek en weet niet meer wat te doen. Hij maakt Donald los die hem bewusteloos slaat. Donald zet de onderzeeër stop en komt weer bij zijn neefjes. Omdat ze het raadsel van de Schrik van de Rivier opgelost hebben worden ze door de bevolking geëerd. Ze krijgen de onderzeeër waarmee ze nog een tocht over de rivier maken.
