Donald heeft een nachtmerrie. Hij droomt over een monster dat hem achterna zit. Kwik, Kwek en Kwak maken hem wakker en geven hem een slaappil die hem door de dokter aangeraden is. Donald zegt dat hij geen moeite heeft om in slaap te vallen maar dat hij steeds nachtmerries heeft. Hij neemt de pil wel en valt weer in slaap. Hij heeft weer een nachtmerrie en droomt dat hij met zijn auto in een ravijn rijdt. Donald en zijn neefjes gaan naar de dokter. De dokter raadt Donald aan om te gaan haken. Donald wordt boos want hij vindt dat haken werk voor meisjes is. Hij doet het toch en valt tijdens het haken in slaap. Hij krijgt weer een nachtmerrie en droomt dat piraten hem in zee gooien en dat hij tussen de haaien terechtkomt. Kwik, Kwek en Kwak bellen de dokter weer maar die zegt dat Donald gewoon door moet gaan met haken omdat de enige overgebleven remedie heel vervelend is. Hij doet dit en valt weer in slaap. Hij krijgt weer een nachtmerrie en droomt dat hij door wolven in de sneeuw achterna gezeten wordt. Kwik, Kwek en Kwak gaan weer naar de dokter. Deze vertelt dit keer dat er nog één mogelijkheid is en dat is om Donald erger te laten schrikken dan in zijn dromen. Donald valt overdag weer in slaap en krijgt weer een nachtmerrie. Hij droomt dat leeuwen hem in de dierentuin achterna zitten. Als hij wakker wordt staan daar Kwik, Kwek en Kwak in een berenpak om Donald te laten schrikken maar die schrikt daar na al die nachtmerries helemaal niet van. Kwik, Kwek en Kwak komen Katrien tegen en vertellen over Donald zijn probleem. Zij wil absoluut Donald zien als hij aan het haken is en gaat met haar vriendin mevrouw Kletskwebbel naar Donald. Donald schaamt zich erg en vlucht met de auto. Katrien en haar vriendin volgen hem in een taxi. Donald gaat met de auto een berg op die dood loopt. Hij stort in het ravijn en valt in een meer vol haaien in de dierentuin. Hij redt zich van de haaien en verbergt zich in een boom voor Katrien. Katrien belt haar vriendinnen van al haar clubs en vraagt of ze naar de dierentuin willen komen. Donald zwaait door de bomen en komt op een tak boven de leeuwenkooi. Hij kan niet verder en omdat Katrien en haar vriendinnen op hem af komen springt hij in de kooi. Kwik, Kwek en Kwak zijn een week op zoek naar hun oom en zien een oppasser die weet waar Donald is. Hij slaapt in de leeuwenkooi en als hij af en toe wakker wordt roept hij steeds “Ik ben genezen”.
