Donald en zijn neefjes hebben Chinees gegeten en openen hun gelukskoekjes. Bij alle drie de neefjes staat er dat een geluksamulet hun grootste wens zal vervullen. Bij Donald staat er dat vandaag alles verkeerd zal gaan. Donald vindt het allemaal onzin en verscheurt het papiertje. Een agent ziet dit echter en eist dat hij de troep opruimt. Als hij het papier in de afvalbak gooit, komt zijn vinger klem te zitten en als hij een schop tegen de bak geeft, stuitert de gehele bak boven op hem. Kwik, Kwek en Kwak vinden dat dit het gelijk van de voorspelling aantoont en ze brengen Donald naar huis. Ze zien onderweg een hoefijzer en denken dat dit hun geluksamulet moet zijn. Donald voelt zich inmiddels beter en hij wordt boos omdat Kwik, Kwek en Kwak die onzin geloven. Hij wil het hoefijzer weggooien maar het hoefijzer blijft achter een draad van een visverkoper hangen waardoor hij onder de vis komt te zitten. De visverkoper gooit boos de vis en het hoefijzer achter hem aan. Kwik, Kwek en Kwak hopen dat het hoefijzer hun een modelvliegtuig van vijfentwintig gulden en een kwartje op zal leveren. Ze willen het hoefijzer voor vijfentwintig gulden verkopen, maar Donald gelooft helemaal niet dat dat zal lukken en belooft hun vijfentwintig gulden te geven als ze het hoefijzer voor zelfs maar een kwartje verkopen. Ze komen Guus Geluk tegen, maar die wil het hoefijzer niet kopen want hij heeft al genoeg geluk. Hij probeert het hoefijzer toch uit en gooit het blind weg. Er ligt inderdaad een stuiver daar waar het hoefijzer is gevallen. Guus koopt het hoefijzer voor een kwartje en Donald moet de vijfentwintig gulden geven. Kwek heeft hen echter beetgenomen want hij had overal stuivers neergelegd. Donald loopt bedroefd verder en gaat aan de rand van de Slijkzomp zitten mijmeren. Kwik, Kwek en Kwak kopen hun modelvliegtuig en oefenen ermee. Het vliegtuig vliegt tegen het hoofd van hun oom waardoor die in de modder valt. Hij komt boven op een man terecht die met zijn auto in de modder gereden was. Omdat Donald en de neefjes hem gered hebben, geeft hij hun de auto. Donald weet niet wat hij met de auto moet want de auto uit het moeras takelen kost al te veel geld. Guus Geluk probeert zijn hoefijzer uit, maar vindt geen geld meer. Hij gooit hem tegen Donald die op zijn beurt het hoefijzer in de auto werpt. Donald probeert de auto voor vijfentwintig gulden aan Guus te verkopen en omdat die denkt dat het hoefijzer daar niet voor niets terechtgekomen is koopt hij de auto. Donald is blij en loopt weg, maar komt een agent tegen. De agent herkent de auto als de enige nog bestaande Deuk GTI uit 1910 en geeft honderd gulden voor de auto om hem in het automuseum te kunnen zetten. Donald wordt gek en begint in de gelukskoekjes te geloven. Hij pakt het hoefijzer uit de auto en gooit het weg. Hij vindt een waardebon van de supermarkt Gijsbert Greyn. Als hij daar komt, blijkt hij een doos gelukskoekjes te krijgen. Donald rent hard weg naar zijn bed en roept tegen Kwik, Kwek en Kwak dat hij toegeeft dat hij verslagen is.
