In die zelfde tijd dat Ritto doet alsof hij kolonel Zenna is, legt Robin het staatsexamen af. Robin is heel intelligent, maar omdat hij ook heel lui is, haalt hij hoge cijfers door te spieken. Dankzij deze hoge cijfers wordt hij de leerling van Perik, die in hem een opvolger ziet. Robin wordt vrienden met Janno en mag van Perik werken aan zijn machine om voorwerpen te transporteren. Door dit werk ontwikkelt Robin in het geheim geen transporteerder, maar een superkopieerapparaat. Robin werkt samen met een dief om dure voorwerpen tijdelijk in zijn bezit te krijgen. De dief steelt de voorwerpen, Robin kopieert ze en de dief brengt ze weer terug. Door een ongeluk ramt een Trigisch oorlogsschip een passagiersschip uit Cato. Daardoor ontstaat er weer oorlog tussen Cato en Trigië. Robin lokt Janno in de val en kopieert Janno. Hij wil Janno voor geld verkopen aan Cato. Hij zoekt contact met Cato en Robin levert Janno aan hen uit. Hij moet zelf ook mee naar Cato. De leiders van Cato bereiden een enorme luchtaanval voor op Trigië. Zij gaan in een klein vliegtuigje mee om te kijken hoe de slag verloopt. Janno weet uit de gevangenis in Cato te ontsnappen en overmeestert de piloot uit het kleine vliegtuigje. De echte Janno is inmiddels in het luchtgevecht neergeschoten, zijn toestel is in zee gestort. De namaak Janno vliegt met de leiders van Cato recht op een fort van Trigië af en wordt door een voltreffer neergeschoten. De Catoonse luchtmacht leidt de grootste nederlaag uit hun geschiedenis. Een dag later wordt Janno op het strand gevonden. Robin keert terug uit Cato en biecht alles aan Perik op. Het geheim van de superkopieermachine blijft tussen hen, maar Janno zit met een probleem: is hij nu de echte of de kopie?