Willie Wortel is gestopt met uitvinden. Hij heeft er genoeg van en is blij dat hij geen duffe uitvinder meer is. Hij heeft werk gevonden als postbode en als hij aan zijn eerste ronde begint, wordt hij door de fanfare uitgeleid. Bij het eerste huis waar hij post moet brengen wordt hij echter aangevallen door een hond die een stuk uit zijn broek bijt. Hij beseft dat hij het uitvinden weer eventjes leuk moet vinden want hij wil iets uitvinden tegen de honden. Hij bedenkt een broek waaruit slaapgas komt als erin gebeten wordt. Als hij bij het volgende huis ontdekt dat de brievenbus te klein is voor de brieven bedenkt hij een brievenbusuitrekker. Hij beseft ook dat hij heel veel moet lopen omdat hij steeds de tuintjes in en uit moet en bedenkt daarom een springstok waarmee hij van tuin naar tuin kan springen. De postmeester krijgt inmiddels veel klachten dat op de route van Willie de post nog steeds niet bezorgd is. Hij gaat naar Willie en geeft hem een spoedbestelling. De postmeester zal zelf de post op de route van Willie rondbrengen. Willie moet de spoedbestelling naar het postkantoor brengen. Als daar de brief opengemaakt wordt, staat erin dat Willie ontslagen is. Als hij naar buiten geschopt wordt, wordt hij begeleid door de fanfare.